BURUNDI
|
HET KONINKRIJK BURUNDI WERD
IN HET MIDDEN VAN DE 17E EEUW gesticht door Ntare
Rushatsi, die zich rond 1650 „Mwami”
noemde. Het land werd in 1884 een Duits protectoraat en in 1890 een deel van Duits Oost Afrika. In
1920 werd het
een Belgisch mandaatgebied van de Volkenbond en later van de Verenigde Naties
met de naam Urundi. Op 1 juli 1962 werd Urundi een zelfstandig koninkrijk
met de naam Ingova y'Uburundi / Royaume de Burundi. De eerste koning werd
Mwambutsa IV (1915-1966). Op 29 november 1966 werd Burundi een republiek met de
naam Republika y'Uburundi / Republique du Burundi.
De lagere hoofdlieden droegen een soortgelijk schildje
maar met alleen een kraanvogelkop, nu naar rechts gewend. [1]] Na de onafhankelijkheid
werden in de grondwet van het koninkrijk van 16 october 1962 de kleuren en het wapen van het land
vastgesteld. De betreffende paragraaf
luidt: Titre VI Dispositions Generales 113. La nation murundi adopte les couleurs verte, blanche et rouge
et pour armes du Royaume le tambour, le sorgho, les lances et le lion. La
devise du Royaume du Burundi est: Dieu, le Roi et le Burundi. |
|
De in de grondwet genoemde sorghum kwam in de vlag
terecht waarin het over de staatstrom werd aangebracht. De trommel geldt in Oost-Afrika als een koninklijk
symbool dat overeenkomt met de kroon in het westen. De koninklijke trommel
heet „Karyenda”
en heeft een vrouwelijke partner met de naam „Mukakaryenda”. Het Afrikamuseum in Tervuren
meldt op zijn Website: The
palladium karyenda drum, which was only brought from its
sanctuary on very rare occasions, particularly during the rites associated
with the umuganuro - celebrating the sowing of the sorghum -
and its secondant, rukinzo. Some of the tasks of the latter are
reminiscent of the indamutsa drum of Rwanda: taking part in the
ceremony of the king going to bed and getting up and, generally, marking out
the rhythm of the life of the court; also the fact that it was renewed with
each change of reign. Note that the rukinzo drum accompanied
the king everywhere he went. In de staatsvlag van 1962
vertegenwoordigde de trommel de koning waaromheen het volk van Burundi zich
heeft geschaard. Na de val van Ntare V (1966) en de uitroeping van de
Republiek werd het wapen aangepast. Alle emblemen die herinnerden aan de
monarchie werden verwijderd. Het aantal speren werd teruggebracht tot drie
en symboliseren nu de onderdelen van het staatsdevies „Eenheid, Arbeid en
Vooruitgang”
maar ook de drie belangrijkste ethnische groeperingen in Burundi: de Tutsi,
de Hutu en de Twa. [2]]
a |
1530 -
1550 Ntare I Kivimira Savuyimba Semunganzashamba Rushatsi Kambarantama.
KONINGEN VAN BURUNDI [3]] |
|
Mwezi I |
1550 - 1580 |
Mutaga I |
1580 - 1600 |
Mwambutsa I |
1600 - 1620 |
Ntare II |
1620 - 1650 |
Mwezi II |
1650 - 1680 |
Mutaga II |
1680 - 1700 |
Mwambutsa II |
1700 - 1720 |
Ntare III |
1720 - 1750 |
Mwezi III
Ndagushimiye |
1750 - 1780 |
Mutaga III
Senyamwiza Mutamo |
1780 - 1800 |
Mwambutsa III
Mbariza |
1800 - 1830 |
Ntare IV
Rutaganzwa Rugamba |
1830 - 1850 |
Mwezi IV Gisabo
Bikata-Bijogu |
1850 - 1908 |
Mutaga IV Mbikije |
1908 - 1915 |
Mwambutsa IV
Bangiricenge |
1915 - 1966 |
Ntare V Ndizeye |
1966 - [1972] |
Updated
20.12.2006
[1]) Harmignies, R. 1. Les insignes des chefs indigenes
de Ruanda et de l'Urundi. In: Archivum Heraldicum. 1956 pp. 42-43. 2. Les Emblèmes de l'Afrique Belge. In: Belgique Outremer. Dec. 1958 pp. 795. Uit dit artikel de afbeeldingen van de
insignes.
[2]) Hesmer,
K.-H.: Flaggen, Wappen, Daten. Gütersloh, 1975, p. 45.